Beeld week 51: Spechtenwerk

Een insectenzoekende specht kun je goed horen: omhoog klimmend
beklopt hij de bast flink om gangen of nestholtes van kevers ea. te horen:
die beitelt hij open tot hij met zijn lange kleverige tong zijn prooi eruit kan likken.
De ruïnes van hun larvenkamers laat hij achter.

Maar waar zulke gerafelde dennenkegels liggen zocht een specht ander voer:
in zijn ‘spechtensmidse’ klemt hij een dennenkegel stevig vast in de bast
en hakt er dan met zijn stevige scherpe snavel flink op los om de zaden
diep uit de dennenkegel weg te plukken. En dan weg met die lege kegel.

Rijpe dennenkegels spreiden bij droogte hun schubben om de zaden
vrij te laten, hun zaadvleugels nog scherp afgetekend in de kegelschubben,
om door de wind meegenomen te worden, naar een nieuwe kiemplek.

Dit is geen spechtenwerk: om bij de zaden te komen zijn deze kegelschubben
stuk voor stuk zorgvuldig afgeknaagd door een muis of eekhoorn.


Plaats een reactie