![]() |
|
Zo bladloos tonen ze in het ritme van hun takken hun aard/soort en hun levensloop van groei en schade (buigen, breken, snoeien) en van herstel: altijd weer uitlopen, altijd omhoog. |
|
![]() |
|
![]() |
|
![]() |
Soorten: eik, es, populieren, iepen.
![]() |
|
Zo bladloos tonen ze in het ritme van hun takken hun aard/soort en hun levensloop van groei en schade (buigen, breken, snoeien) en van herstel: altijd weer uitlopen, altijd omhoog. |
|
![]() |
|
![]() |
|
![]() |
Soorten: eik, es, populieren, iepen.